Verdwaald en verdwaasd in de tempel van Sirte

Verdwaald en verdwaasd in de tempel van Sirte.

Waarom ga je niet een poosje in een tempel wonen, vroeg een vriend. Ik moest hem het antwoord schuldig blijven. Ik ben dagelijks te vinden tussen de tempelpoorten, ik ken veel monniken, ik ben er zelfs een poosje vrijwilliger geweest. Maar deze vraag had ik mijzelf nooit gesteld, omdat ik voel dat zo een soort leven buiten mij staat. Zoals jazzmuziek mij zeer vertrouwd is, maar geen moment de mogelijkheid voel om muzikant te zijn. En dat ik er nog steeds van droom om beter te leren drummen is slechts een randverschijnsel, net zoals ik naar foto’s kijk om te weten hoe ze gemaakt werden.

En natuurlijk weet ik wel, dat sommige zaken niet kunnen. Sex is verboden, maar ik zag dat je tijdelijk kan intreden en kan uittreden als welke nood dan ook te hoog wordt. Bovendien is mijn leeftijd de dagelijkse drift voorbij.

Eten in de tempel mag uitsluitend om 7u en om 11u; ik krijg gegarandeerd hoofdpijn bij zulk een regime. Maar ik hoorde al fluisteren dat de abt dispensatie verleent om medische redenen, wanneer je in de beslotenheid van jouw kamer iets nuttigt.

Tijdens de avondwandeling met de honden, zag ik groepen oranje gewaden als volleerde guerilla’s tussen de gebouwen schuiven. Andere novicen schoten langs op hun klepperende sandaaltjes, hun zwarte bolletjesgeweren onder de arm.

Zo vlak na zonsondergang kleurt de hemel rood met zwarte vlekken. De veelkoppige Naga’s of Mekongslangen prijken boven de toegangsbogen en staan opgesteld naast het altaar op de oever. De gebouwen stralen nog hun warmte af, maar de koele avondwind geeft het duistere terrein met zijn grote geurige bomen iets dreigends. Niet de zoete fleur van de ochtendgezangen, maar de zware toon van het onbekende. Ik huiver wanneer de volgende groep Boeddhistische guerilla’s langs me heen stuiven en wandel naar huis.

Ik moet aan het nieuws uit Tripoli denken. Ik grom: het lijkt hier wel de tempel van Sirte. Ik zal die vriend bellen, dat ik het antwoord op zijn vraag gevonden heb.

Nong Khai 25 10 2011